Tijdens de obstakel training wordt er echt specifiek getraind voor de obstakel runs. De trainingen worden speciaal gemaakt zodat je je optimaal kunnen voorbereiden voor het volgende obstakelrun seizoen. Je moet hierbij denken aan monkey bars (extra pittig omdat ze omhoog lopen), touwklimmen, muurklimmen, apenhang, netklimmen, ringen enz. Naast dat er veel aandacht wordt besteed aan techniek worden er ook kleine parcours uitgezet die je dan moet afleggen. (tekst van The Bootcamp Factory)
Zwemsport of zwemmen is een watersport waarbij de zwemmer zich door middel van arm- en beenbewegingen voortbeweegt in het water. Men onderscheidt recreatiezwemmen en wedstrijdzwemmen. Er zijn verschillende slagen waarmee men zich voortbeweegt: borstcrawl, schoolslag, rugcrawl, samengestelde rugslag en vlinderslag. Zwemmen wordt gezien als een zeer gezonde vorm van recreatie en lichaamsbeweging. Dit onder meer omdat vrijwel alle spieren van het lichaam gebruikt worden en, doordat het lichaam gedragen wordt door het water en er geen harde stootbewegingen zijn, de gewrichten niet zo zwaar worden belast als bijvoorbeeld bij hardlopen. Hierdoor wordt de kans op blessures verkleind. Dit maakt zwemmen geschikt voor mensen met (fors) overgewicht, omdat ze bij zwemmen, anders dan bij veel andere sporten, geen hinder ondervinden van hun lichaamsgewicht. De fysiotherapie maakt dankbaar gebruik van de eigenschappen van water voor het vergemakkelijken van therapeutische lichaamsoefeningen.
Zwemmen kan op jonge leeftijd worden aangeleerd. Veel ouders nemen baby’s en kleinere kinderen mee om te zwemmen in een zwembad of recreatieplas. Er bestaat ook babyzwemmen en peuterzwemmen voor de jongste kinderen. Daarna gaan kinderen vaak naar zwemles.
Doorgaans is de motoriek van een kind rond het 6e of 7e levensjaar voldoende ontwikkeld. In Nederland is het schoolzwemmen, zwemles in schoolverband, veelal verplicht. Een leerling kan verschillende zwemdiploma’s halen, waarbij naast een steeds langere afstand nieuwe zwemslagen, duiken en zwemmend redden bijkomende onderdelen zijn. Nederland heeft hierdoor een van de hoogste percentages personen die kunnen zwemmen, waarbij dit op relatief jonge leeftijd wordt geleerd.
Training voor wedstrijdzwemmen wordt gegeven bij zwemverenigingen. Een topzwemmer zal vaak al een jaar of tien trainen op techniek, snelheid, kracht en uithoudingsvermogen voordat internationaal goede resultaten worden behaald. (tekst van Wikipedia)
Waar moet je zijn?
De aanbieder van de zwemsport in Hengelo is Watersport Twente. De lessen en trainingen zijn in het Twentebad.
De wielersport is een verzamelnaam voor alle sporten waarbij gebruik wordt gemaakt van een fiets. Voor de fietssporten waarbij het op snelheid aankomt (en dat zijn de meeste) wordt ook de term wielrennen gebruikt. Er zijn verschillende takken binnen de wielersport. (tekst van Wikipedia)
Waar moet je zijn?
De aanbieder van de wielersport in Hengelo is de Rijwiel Toer Club Hengelo. Er wordt zowel op de racefiets als op de mountainbike getraind.
Fietstochten worden georganiseerd door Wijkracht. Je kunt ook een duofiets lenen (€ 5,00 per dagdeel).
Waterpolo is een watersport die wordt gespeeld met een bal in een zwembad.
Waterpolo is een teambalsport die zwemmend wordt uitgeoefend. De bedoeling is om een bal zo vaak mogelijk in het doel van de tegenpartij te werpen. Elke geslaagde poging levert één ‘doelpunt’ op. Het team dat aan het eind van de wedstrijd de meeste doelpunten heeft gemaakt, wint. (tekst van Wikipedia)
Wandelen is een sportieve activiteit zonder competitief element. Er worden door verschillende aanbieders wandelingen georganiseerd van verschillende lengtes. De jaarlijkse Hengelose Avondvierdaagse is een bekend wandelevenement. Er is ook de Nationale Diabetes Challenge (Wijkracht).
Volleybal is een balsport waarbij het speelveld is verdeeld in twee gelijke helften gescheiden door een net. Het net is tussen twee palen gespannen en bevindt zich op een bepaalde hoogte boven de grond. Deze hoogte is 2,43 m voor heren en 2,24 m voor dames. Bij de jeugd is de nethoogte afhankelijk van de leeftijd en het niveau van de spelers. De beide teams, die elk uit zes spelers bestaan, bevinden zich ieder op hun eigen helft en proberen door het slaan of tikken tegen de bal deze op het tegenoverliggende deel van het speelveld binnen de lijnen de grond te doen raken. Een geslaagde poging, of een fout van de tegenstander, levert een punt op. Wie het eerst 25 punten heeft behaald wint de set. Wie het eerst drie sets heeft gewonnen, wint de wedstrijd. Bij een gelijke stand, 2–2 in sets, wordt een beslissende set tot 15 punten gespeeld, bij deze beslissende set wordt er van kant gewisseld bij de eerste die acht punten heeft.
Op de zijkanten van het net, precies boven de zijlijn, zijn twee verticale stokken, de zogenoemde “antennes”, geplaatst. Een bal die naar de speelhelft van de tegenstander wordt gespeeld moet tussen deze antennes of het verlengde ervan doorgaan.
In de oorspronkelijke vorm, het gewone zaalvolleybal, bestaat ieder team uit zes personen en meet het veld 9 bij 18 meter.
In de loop der tijd is er een aantal variaties ontstaan waaronder zitvolleybal, minivolleybal en strandvolleybal. (tekst van Wikipedia)
Voetbal is de meest populaire sport in Nederland. Twee ploegen van elf spelers (exclusief reservespelers) proberen een bal in het doel van de tegenstander te schoppen. Zoals de naam al zegt wordt voornamelijk de voet gebruikt, maar op de handen (vanaf de elleboog) na mogen alle lichaamsdelen worden gebruikt.
Er wordt ook zaalvoetbal gespeeld, met een kleiner veld (40 bij 20 meter).
Waar moet je zijn?
In Hengelo zijn acht voetbalverenigingen, elk met een eigen sportpark! Op onderstaande afbeelding zie je ze alle acht gesitueerd op de plattegrond van Hengelo.
Ga naar de website van de voetbalvereniging bij jou in de buurt:
Toestelturnen of kortweg turnen is een individuele sport die wordt uitgevoerd met behulp van toestellen. Het is een onderdeel van de Olympische Spelen, en is ontstaan in de zogenaamde Duitse school uit de 19e eeuw. Er zijn zes verschillende onderdelen voor het herenturnen en vier verschillende voor het damesturnen.
Voor de mannen/jongens: Vloer Paardvoltige Ringen Sprong Brug met gelijke leggers Rekstok
Voor de vrouwen/meisjes: Sprong Brug met ongelijke leggers Evenwichtsbalk Vloer
Sprong en vrije oefening vloer bestaan dus zowel voor dames als voor heren. Vroeger werden deze twee onderdelen verschillend gebruikt; tegenwoordig geldt dat alleen nog voor de vloer. Bij sprong moesten de heren springen in de lengterichting van het paard en de dames in de breedterichting. Omdat door de toenemende moeilijkheidsgraad van de sprongen het klassieke paard onveilig was geworden, is het paard sinds 2002 vervangen door de ‘Pegasus’.
Waar moet je zijn?
Turnen kan in verschillende gymzalen en sporthallen in Hengelo. De aanbieders van turnen zijn:
Trampolinespringen is een olympische sport. Op een professionele trampoline kun je springen tot zes meter hoogte, dat is veel hoger dan de trampolines in de tuin. Daardoor kun je veel meer elementen (trucs) leren op de trampoline. Naast de basistechnieken voor het springen op de grote trampoline wordt naar spectaculaire trucs toegewerkt. Hierbij wordt geprobeerd de veelzijdigheid van de grote trampoline te laten ervaren door in vrijwel elke les weer andere bewegingen te doen.